zoeken
knop: zoek
Home/

plaatje: Aula
Aula

‘Rijk, overdacht en mooi’
Plan voor een islamitische begraafplaats midden in Amsterdam

plaatje: bulletEr verschijnen steeds meer islamitische begraafplaatsen in Nederland. Meestal zijn ze een onderdeel van de reeds bestaande gemeentelijke begraafplaats en zijn ze alleen als islamitisch te herkennen door de graven en de opschriften. Om de discussie over islamitisch begraven aan te zwengelen, bedacht architect Furkan Köse een ontwerp voor een islamitische begraafplaats met moskee midden in een drukke volkswijk in Amsterdam.
Furkan Köse is architect en vormt samen met collega-architect René Leene Atelier PUUUR. Afgelopen jaar studeerde Köse cum laude af aan de Academie voor Bouwkunst in Amsterdam met zijn project ‘Islamitische Begraafplaats Amsterdam’.

Furkan Köse plaatst zijn islamitische begraafplaats midden in Amsterdam Oud West, om precies te zijn in stadsdeel Bos en Lommer, grenzend aan stadsdeel de Baarsjes - een wijk waarin moslims ruim vertegenwoordigd zijn. De begraafplaats krijgt een plek in het Erasmuspark. Door dit park leiden er twee wegen naar de algemene islamitische begraafplaats. Het park dient als voorkamer - een stilteroute - voor de begraafplaats.

De begraafplaats is geïnspireerd op de hortus conclusus: een omsloten tuin die verwijst naar het paradijs. Op de binnenplaats is een graventuin met aan de ene kant een uitvaartcentrum en aan de andere kant een moskee die enkel in dienst staat van de begraafplaats. De twee routes en twee gebouwen maken zowel een begrafenis in Nederlandse, als in islamitische traditie mogelijk. Het islamitische dodengebed voltrekt zich in de moskee. Het uitvaartgebouw biedt mogelijkheden tot het familiaire afscheid, het houden van rouwbijeenkomsten, wassen, reinigen, ook van de overledene, waarna er begraven wordt op het veld. Door het introduceren van twee routes, een ‘spirituele’ en een ‘familiaire’, ontstaat de mogelijkheid om ook voor niet-moslims en kinderen en vrouwen bij de begrafenis aanwezig te zijn. Het is vrij nieuw en ongebruikelijk om dit te introduceren; normaal zijn alleen mannen aanwezig bij een begrafenis. Omdat het een algemeen islamitische begraafplaats betreft, en de gebruikers uit verschillende bevolkingsgroepen afkomstig zijn die elk hun eigen beeldtaal en culturele rituelen kennen, kiest Köse voor het neutraal houden van de architectuur. De moskee ziet er niet als een moskee uit, dat wil zeggen met de karakteristieke toren. Een exclusief islamitische begraafplaats is trouwens ook geen vereiste; belangrijk is vooral de zekerheid van de naleving van de gebruiken en dat iets van de cultuur zichtbaar is zodat de mensen er zich thuis kunnen voelen.

Ondanks het gebruik van moderne materialen benadert Köse het klassieke principe van de hortus conclusus vanuit de islamistische (architectuur)geschiedenis. Hij refereert in zijn ontwerpen naar de geleidelijke overgang van open naar gesloten ruimten van de gebouwen en de tuin, die door nauwkeurig geplaatste openingen tevens een glimp geven van de binnenwereld en zich openen naar het landschap, verwijzend naar Al-Batin (Verborgen) en Al-Zahir (Manifest), twee van de 99 namen van Allah.

Ideaalbeeld
Köse ziet deze (zowel open als gesloten) begraafplaats mét moskee in een buurt waar veel moslims wonen als een goed antwoord op de vele ‘knelpunten’ die er nu zijn bij het islamitisch begraven: nu worden de diverse onderdelen van het rouwritueel geografisch verspreid (ritueel wassen vindt vaak plaats in het ziekenhuis of een uitvaartcentrum), eeuwigdurend grafrecht ontbreekt op ‘gewone’ begraafplaatsen, en begraven worden op bestaande islamitische gedeelten op algemene begraafplaatsen zonder goede voorzieningen, is niet gewild. ‘Zij worden niet waardig gevonden omdat deze vaak het gevoel geven begraven te zijn in de achtertuin van de buren,’ zo stelt Köse in zijn tekst die behoort bij het afstudeerproject.

Maar is het dan geen utopie omdat eeuwige graven in Nederland niet meer worden uitgegeven en waarschijnlijk al helemaal niet op een plek midden in de stad? En zullen bewoners het niet jammer vinden dat het weinige groen in hun buurt ‘versteend’ wordt? Een fictief plan dus? Of zou het gerealiseerd kunnen worden als onderdeel van een nieuwbouwproject?

Köse noemt de gekozen locatie zelf als een van de grote kwaliteiten van het plan. “Het ligt namelijk sociaal-geografisch gezien erg goed, in een buurt waar een overwegend islamitische bevolkingsgroep woont. En het is goed bereikbaar voor anderen, in de buurt van de snelweg. Het heeft een duidelijk adres, is een herkenbare locatie en heeft als park prachtige kwaliteiten waar ik dankbaar gebruik van heb gemaakt. Ik heb een balans gevonden tussen het autonome karakter van het programma en een gewenste inmenging in het stedelijk weefsel. Deze randvoorwaarde voor de locatie werd door de afstudeercommissie als een interessante uitdaging gezien.”

“Maar,” benadrukt Köse, “het is vanuit een ideaalbeeld ontworpen. Het is fictief: een afkadering van deze nieuwe opgave, omdat een ‘praatmodel’ een discussie over de problematiek beter zou kunnen aankaarten. Zelf heb ik er wel aan gedacht om het bijvoorbeeld te situeren op een bestaande begraafplaats in Amsterdam, maar omdat ik nu geheel niet werd beperkt in mijn artistieke vrijheid, kon ik daarmee de probleemstelling beter neerzetten.” Toch schreef NRC Handelsblad het afgelopen jaar: ‘Zijn begraafplaats is zo rijk, overdacht en mooi, dat Rotterdam voor dit eerste echt Nederlands-islamitische ontwerp direct een terrein beschikbaar moet stellen.’

Voor meer informatie zie de website van Furkan Köse: www.puuur.nl. Reacties zijn welkom op info@puuur.nl. Köse’s afstudeerproject is genomineerd voor de Archiprix 2005. Archiprix beloont elk jaar de beste Nederlandse studentenplannen van de Nederlandse ontwerp-opleidingen. In juni 2005 wordt de uitslag bekendgemaakt.

Het studieproject "Islamitische begraafplaats met moskee Amsterdam" [inclusief maquette] is te zien op de tentoonstelling: Moskeeën in NL in het ABC Architectuurcentrum Haarlem, t/m 15 mei. Zie www.architectuurhaarlem.nl


© Pauline Prior
Website www.paulineprior.nl
Verschenen in De Begraafplaats, # 1, jr. 7, lente 2005

Graventuin
Graventuin