zoeken
knop: zoek
Home/

Zo ga je niet met je moeder om

plaatje: bullet"Zo wonderlijk... Ik zei net nog tegen mijn man: kijk, daar is Theodor Holman op de televisie. Zijn moeder ligt te sterven in het ziekenhuis en hij is gewoon op de televisie..."
"Het werk gaat door."
"En u was vrolijk en u zat met die zoon van professor Heertje te lachen en ik dacht: en zijn moeder ligt nu in het ziekenhuis... te sterven."
(Het Parool, 20 november 1999)
--------------------------------------------------------------------------------

Theodor Holman is columnist en schrijft over wat hij meemaakt, wat hij om zich heen ziet (vooral in Amsterdam) en wat hij vindt van de dingen en de mensen die hij tegenkomt. Zijn dagelijkse werkelijkheid is onderwerp van zijn geschreven columns in Het Parool en De Groene Amsterdammer en zijn gesproken columns op de Amsterdamse televisiezender AT5. Dus ook de ziekte van zijn moeder eind verleden jaar.

De Parool- en Groene Amsterdammer-lezer werd geregeld op de hoogte gehouden van het verloop van de ziekte, haar ziekenhuisopname, de hersenoperaties die ze moest ondergaan, maar ook van Holmans twijfels over de kans dat ze nog beter zou kunnen worden, of een volgende operatie raadzaam was en of het niet beter zou zijn dat ze gewoon maar dood ging. ``Ga nu maar dood` dacht ik - maar dat is toch een zin die je voor jezelf houdt.`

Als ze dan overlijdt, begin dit jaar, hoeft Holman dat in zijn column in Het Parool van de zaterdag daarop niet eens meer expliciet op te schrijven: `Half tien. de telefoon gaat. Ik kijk uit het raam; buiten zie ik een man die op een klassieke manier zijn kraag opslaat tegen de kou. De mededeling is kort en zakelijk... ` Bij de column is een foto van mevrouw Holman afgedrukt.

Het kan niet anders of de columns van Holman roepen veel reacties op, al is het maar vanwege de herkenbaarheid. "Of mensen vinden het heel mooi of mensen maken zich er echt kwaad om," vertelt Holman op een druilerige maandagmorgen in het Amsterdamse café Keyzer. "Die laatsten zeiden dan: `Ik wil daarmee niet geconfronteerd worden` en `ik vind ook niet dat je dat ter nagedachtenis van je moeder kunt opschrijven.` Maar hoe weten ze dat? Kennen ze mijn moeder? Hoe weten ze wat mijn moeder wil? Ik denk dat het niet alleen de confrontatie met de dood is die ze moeilijk vinden, maar ook de mate waarin iets beschreven wordt. Het is een vorm van gene."

Want Holman beschrijft eerlijk wat hij denkt en voelt en dat zijn niet altijd verheven gedachten. De dood is ook banaal en over de doden hoeft niet uitsluitend goed gesproken te worden. En ook dat schrijft hij op. Dat deed hij al in Familiefeest (1992), waarin hij de gebeurtenissen beschrijft in de vijf dagen tussen het plotselinge overlijden en de begrafenis van zijn vader. Over het niet weten hoe je te gedragen. "Dat wordt ons niet geleerd, dat heeft me altijd verbaasd. Je leert veel etiquette in je leven, maar hoe om te gaan met de dood en met mensen die iemand verloren hebben, gebeurt niet." En over de soms hilarische momenten rond een overlijden, want er kan soms ook behoorlijk gelachen worden aan een sterfbed of een doodskist.

-----------------------------------------------------------------------------------------------

Er kan soms behoorlijk gelachen worden aan een sterfbed of een doodskist

-----------------------------------------------------------------------------------------------

Holman: "Voor mij was het vanzelfsprekend om over de ziekte en dood van mijn moeder te schrijven. En over wat er gebeurde na de dood van mijn vader. Ik vond het dermate boeiend... Ik heb alleen maar zin te schrijven over datgene waarover ik moet schrijven. Schrijven is voor mij toch een soort innerlijke drang."

Is het niet te intiem?
"Nee, helemaal niet. Ik weet nooit zo goed wat dat is, intiem. Met intiem wordt meestal bedoeld datgene dat je persoonlijk moet houden en niet aan de buitenwereld moet prijsgeven. Ik vind de dood bijvoorbeeld helemaal niet intiem. Het gebeuren is misschien intiem, maar het beschrijven ervan en van wat je er bij beleefd hebt is niet intiem."

Zijn moeder heeft de columns zelf uiteraard niet kunnen lezen, maar ze zou het prima hebben gevonden, weet Holman, en niet anders verwacht hebben. "Ik had het er met haar ook wel over gehad dat ik over haar zou schrijven als ze erg ziek zou worden of komen te overlijden. Dat vond ze alleen maar leuk."

Ze was het gewend. Het was niet voor het eerst dat ze in de columns of boeken van haar zoon voorkwam. En ze had vier jaar daarvoor zelf meegewerkt aan een film van Theo van Gogh, `Hoe ik mijn moeder vermoordde`, waarin zij en haar zoon Theodor de hoofdrollen spelen. De film, een docudrama noemt Holman het, gaat over een moeder van tachtig die haar zoon voor de zoveelste keer vertelt over haar ervaringen in het jappenkamp.

De film is indrukwekkend. Alle acteurs (behalve Theodor en zijn moeder de actrice Ariane Schlüter die zijn vriendin speelt) komen levensecht over en dat lijkt in Theodors geval, maar vooral dat van zijn moeder ook zo te zijn. "Ik kon geen tekst schrijven voor mijn moeder, die kon ze toch niet onthouden. Ze was toen 80. Mijn moeder had een aantal regieopdrachten. Ik had haar gezegd dat ze gewoon mijn vragen moest beantwoorden. Dat ze nooit kwaad mocht worden op me. Dat ze alles wat ik tegen haar ze gewoon moest accepteren. `Je moet het gewoon wegwuiven of er geen aandacht aan besteden.`"

---------------------------------------------------------------------------------------------------------------

"Mijn moeder heeft heel vriendelijk steeds uitgelegd dat het maar een film was. En dat ze het zelf hartstikke leuk vond"

---------------------------------------------------------------------------------------------------------------

Holman is in de film soms behoorlijk hard tegen zijn moeder. Maar eerlijk, want ook moeders kunnen behoorlijk irritant wezen. En het is niet altijd prettig om kind van een oorlogsslachtoffer te zijn. `Al was het maar omdat je dan niet mag zeuren, want hun leed is altijd erger dan mijn leed,` zoals Holman schrijft. Maar hij spaart ook zichzelf niet en kan meesterlijk overkomen als vervelende, zeurende zoon. "De film en het boek zijn overdreven, zo ging ik niet echt met haar om." De reacties op de film waren dan ook `behoorlijk heftig`. "Er is heel hard op gereageerd. Ik ben een paar keer fysiek bedreigd. In het Vondelpark bijvoorbeeld, mensen die tegen mij zeiden: `Als ik jonger was, had ik je nou een klap voor je kop gegeven.` Ik werd opgebeld en kreeg brieven van mensen die ontzettend kwaad waren. `Zo ga je niet met je moeder om, vuile vent.` Ook mijn moeder heeft veel reacties gekregen naar aanleiding van de film. Die heeft heel vriendelijk steeds uitgelegd dat het maar een film was. En dat ze het zelf hartstikke leuk vond."

Eind verleden jaar verscheen het boek Hoe ik mijn moeder vermoordde, een bewerking van de gelijknamige film uit 1996. "De uitkomst van dat boek heeft ze nog meegemaakt en daar was ze heel blij mee. De columns in Het Parool waren eigenlijk een soort afronding van het boek. Het vervolg, wat gebeurde er daarna."

Want het boek en de film gaan niet alleen over het oorlogsverleden van zijn moeder, ook de dood speelt een grote rol. En dan vooral de zogenaamde `zachte dood`, euthanasie. De moeder in het boek en de film laat weten dat als het zo ver is ze op een waardige manier wil sterven. De zoon reageert daar uiterst geďrriteerd op. Hij zegt in het boek: `Ik ben er niet in principe op tegen. Iedereen moet zelf maar weten wat-ie doet, maar ik ben ertegen dat mijn moeder euthanasie pleegt. Ik vind het niet leuk... ik vind het zo erg, zoals zij het zich voorstelt... dat de hele familie eromheen zit... met de kinderen en de kleinkinderen en de hond en de poezen... Dát, dat is zo`n verschrikkelijk beeld. De vraag is: mag mijn moeder ons, de kinderen, dat aandoen?`

Holman nu: "Toen mijn moeder ziek werd spiegelde die discussie zich als het ware. Toen kwam het daadwerkelijk aan de orde. De realiteit is een stuk harder en ingewikkelder, maar ik heb nog steeds hetzelfde standpunt als in de film en in het boek, namelijk dat je niet lichtvaardig over euthanasie moet denken. Ik heb geen zin om zomaar euthanasie toe te passen."

Denkt u dat uw moeder een te makkelijk beeld had van euthanasie?
"Nee dat vond ik niet. Integendeel. Ze had er echt goed over nagedacht. En ik vind ook dat je dat zeker kunt vragen aan je kinderen, je partner of aan degene die je vertrouwt en die dicht bij je staat. Nee, ik was ergens anders bang voor. Toen mijn moeder nog gezond was, had ze een ongelooflijke angst voor de dood. De euthanasieverklaring die ze had gemaakt en ondertekend gaf haar geestelijke rust, maar ik was bang dat, hoe hard dat ook klinkt, ze een doodsstrijd zou hebben waarin ze zou zeggen, `Nee, laat me leven`, ondanks de pijn die ze zou hebben. Ik was bang dat ze er op terug zou komen, uit doodsangst. Door haar ziekte, en dat is eigenlijk toch min of meer een geschenk geweest, speelde dat niet meer zo. Omdat haar geest niet in orde was, ging de strijd niet meer om leven of dood, maar om andere zaken. Ze leefde steeds meer in haar eigen wereld en dat was eigenlijk wel mooi."

Het einde van de film (en het boek) is indrukwekkend. Moeder en zoon spelen de euthanasiescčne. `Ik buig me voorover naar de tafel, pak het koffiekopje van mijn moeder en zeg met de stem van onze huisarts: "Zo, mevrouw Holman, wilt u dit even opdrinken?" Ik zet een nog meer sinistere stem op en zeg: "Familie, bent u klaar voor het sterven van uw moeder?" Daarna zeg ik met mijn gewone stem: "Nou moet je even wachten tot ik achter dat ding zit, mijn keyboard, en dan moet je drinken." Vervolgens dansen moeder en zoon op de muziek die de zoon speciaal voor de moeder heeft geschreven.

Zo is het in werkelijkheid niet gegaan. "Maar was het nodig geweest, dan had ik het wel gedaan," zegt Holman. "Het probleem was echter dat we niet wisten of we aan het einde van de rit waren of dat er nog een vorm van genezing mogelijk was. Ze was al twee keer geopereerd en na de tweede operatie was ze er slechter aan toe dan ooit. Het dilemma was: zijn we nog bezig met genezen of niet? Ben je aan het einde van de rit, dan kun je makkelijk zeggen, dit is niet wat mijn moeder gewild heeft. Ze had haar euthanasiewensen ook duidelijk op papier gezet. Maar aangezien we geen zekerheid kregen over het verloop van het proces, weet je gewoon niet waar je precies bent. Na de tweede operatie was mijn moeder ver weg, in haar eigen wereldje verzonken. Je ziet haar dan slechter worden. De artsen lieten weten dat er wellicht een derde operatie nodig was. `En dan moet u beslissen of u dat wilt.` Dan heb je een dilemma. De vraag is: kan ze weer beter worden? De arts zegt: `We opereren niet als we denken dat ze niet beter kan worden. Maar kansen kunnen we nooit geven. We kunnen alleen zeggen dat de operatie betrekkelijk eenvoudig is, dat mensen vaak genezen. Maar uw moeder is 84 en aan elke operatie zit een zeker risico.` Voor mij was cruciaal de vraag in hoeverre is volledig herstel mogelijk? Omdat het antwoord toch een soort ja was - `ja, maar we kunnen niet zeggen in welke mate en hoe` - hebben we besloten tot een derde operatie. Uiteindelijk is mijn moeder gewoon gestorven en kun je zeggen dat die derde operatie is mislukt. Ze raakte zo verzwakt, dat alles voldoende was om haar te laten bezwijken. Uiteindelijk was de doodsoorzaak een hartstilstand. Ik heb haar dood als een enorme opluchting ervaren. Aan drieëneenhalve maand lijdensweg kwam een einde."

Was het ook een opluchting omdat euthanasie uiteindelijk niet nodig was?
"Ik weet het niet, ik ben er nog niet helemaal uit. Voor mij zelf wel, maar ik weet dat mijn broer en mijn zuster daar toch anders over denken. Die vragen zich af of we moeder die lijdensweg niet hadden moeten besparen. Dat zijn dingen, die weet ik niet. Ik ben geen religieus mens, ik geloof niet in een macht buiten de mensen om, ik geloof heel sterk in de eigen verantwoordelijkheid. Ik denk dat ik in dit geval blij ben met de verantwoordelijkheid die ik heb genomen."

------------------------------------------------------------------------------------------

"Waar de dood in het spel is kun je eigenlijk geen democratie verdragen"

-------------------------------------------------------------------------------------------

"Het is in redelijke harmonie gegaan. Maar toch, degene die nee zegt tegen euthanasie heeft op dat moment altijd het gelijk aan zijn kant. Omdat de beslissing toch unaniem genomen moet worden. Waar de dood in het spel is kun je eigenlijk geen democratie verdragen."

Heeft u zelf een euthanasieverklaring?
"Nee, ik ben anders gaan denken over die dingen. Ik hoop op menswaardige dokters en ik heb er met mijn dochter, die nu zeventien is, over gesproken. Ik laat het aan haar over. Ik ga dat niet allemaal op papier zetten. De reden is dat ik nieuwsgierig ben naar het lijden. Het klinkt raar, maar het is wel zo. Als ik het voor het kiezen had, zou ik zeker voor een plotselinge dood kiezen - laat mij maar in mijn slaap sterven - maar ik zie niet op tegen het lijden. Wel tegen de pijn uiteraard, en tegen de angst. Ik ben erg bang aangelegd."

"Hoewel ik nu veel minder bang ben voor de dood dan vroeger. Dat heeft ook te maken met leeftijd. Toen ik 25, 26 jaar was, dacht ik: ik moet nog een heel leven leven. Ik had geen angst voor wat de dood wel of niet zou kunnen, daar dacht ik niet eens over na, maar was echt bang bij de gedachte: als ik nu sterf heb ik nog niets gedaan."

"Gerard Reve heeft ooit gezegd: in het begin van je leven is de dood een vijand, dan wordt hij een medereiziger en uiteindelijk wordt hij je minnaar. Ik sla nog twee stappen over geloof ik, maar de bedoeling is duidelijk. Ik ervaar de dood nu als medereiziger. Ik ben 47 jaar, vriendinnen, collega`s, ouders ontvallen me. Waar ik twintig jaar geleden regelmatig op kraamvisite ging, zijn het nu vooral bezoeken aan begrafenissen."

---------------------------------------------------------------------------------------------------------------

"Ze heeft een brief achtergelaten waarin staat dat ze een heel mooi en prettig leven heeft gehad, vooral ook met ons"

---------------------------------------------------------------------------------------------------------------

Hoe is het om helemaal geen ouders meer te hebben?
"Ik had al uitgebreid afscheid genomen van mijn moeder. Een boek geschreven, een film gemaakt. Ik had heel veel met haar over de dood gepraat, en van de weeromstuit over het leven. Zoals gezegd heb ik haar dood als een opluchting ervaren en ik heb tot op de dag van vandaag nog geen traan om haar gelaten. Wel om andere dingen, die met de dood in verband te brengen zijn, maar ik heb niet om het feit dat zij er niet meer is en mijn vader ook niet meer, gehuild. Dat neemt niet weg dat ik haar wel mis. Het was een vrouw waarvan ik heel veel hield. Maar ik ben blij dat ze uit het lijden is verlost. Ze heeft een brief achtergelaten waarin staat dat ze een heel mooi en prettig leven heeft gehad, vooral ook met ons. Dat geloof ik ook, ik ben ervan overtuigd. Er zijn geen redenen voorhanden om te zeggen, het was niet af of het was niet goed. Het was een mooi afgerond leven. Ik had haar graag de pijn en het lijden bespaard, maar dat is nu eenmaal niet gebeurd."

"Dat er niets is na de dood vind ik wel een geruststellende gedachte. Dat betekent dat het leven dat we hier en nu hebben tegelijkertijd het eeuwige leven is. Dat dwingt ons ook er wat van te maken. Juist omdat het leven geen zin heeft, ben je verplicht je eigen leven zinvol te maken. Dat kan ook een heel troostrijke gedachte zijn. Als je het goed doet tenminste. En ik doe datgene wat ik wil onder mijn verantwoordelijkheid."

"Ik denk daar wel vaak over na. Stel dat ik nou niet had geweten wat ik moest doen, wat mijn bestemming is. Ik wil heel graag schrijven, muziek maken, maar stel dat ik dat niet zou weten. Ik ken wel mensen die werkeloos zijn en die letterlijk naargeestig in het leven staan. Ik vraag me wel eens af hoe die tegenover de dood staan? Het is toch heel naar een leven te moeten leiden waarvan je achteraf moet zeggen dat het zinloos is geweest. `Ik zou er net zo goed niet geweest kunnen zijn.` Dat lijkt me het ergste wat er is, tot verantwoording worden geroepen door de dood en vervolgens tot de conclusie komen dat je leven eigenlijk zinloos is geweest."

Hoe ik mijn moeder vermoordde verscheen bij uitgeverij Nijgh & Van Ditmar.

© Anja Krabben
Verschenen in Doodgewoon, # 25, zomer 2000.

Voor meer artikelen van Anja Krabben zie: http://www.anjakrabben.nl.